Collega Tjeerd Ritmeester is gespecialiseerd in economische veiligheid en schrijft regelmatig over strategische autonomie. Vandaag analyseert hij de verkiezingsprogramma’s: hoe gaan de partijen met dit thema om? Lees meer over Tjeerd hier.

Economische veiligheid is dan geen prikkelende term, het is wel een grote uitdaging. Grondstoffen worden schaarser. De wereld is onrustig. Europa en Nederland zijn steeds afhankelijker van anderen. Weerbaarheid is nodig. Het gaat om banen, welvaart en veiligheid. Hoe staat Nederland ervoor en wat willen de partijen richting de Tweede Kamerverkiezingen?
Draghi-rapport
Het invloedrijke Draghi-rapport, in september 2024 gepubliceerd in opdracht van de Europese Commissie, was hier duidelijk over. Europa moet zijn koers wijzigen om concurrerend en weerbaar te blijven. Dat vraagt om investeringen, hervormingen en een duidelijke economische visie, anders dreigt de EU structureel minder welvarend, innovatief en invloedrijk te worden.
Erkenning
Speurend door de verschillende verkiezingsprogramma´s is het opvallend dat economische weerbaarheid en strategische autonomie gangbare termen zijn geworden. De meeste partijen zijn zich ervan bewust dat de wereld verandert. Een open economie is in het huidige klimaat niet meer zonder risico´s.
De meeste partijen stellen dan ook dat de overheid nadrukkelijker richting moet geven aan de economie. Dat zij vitale sectoren moet beschermen en sleutelindustrieën moet stimuleren. Voor sommige partijen is dit een cultuuromslag, al legt elke partij haar eigen nadruk hierop. De VVD spreekt bijvoorbeeld van ‘vrijhandel met spierballen’.
Hoe ver gaan we?
Het verschil tussen partijen zit hem uiteindelijk in hoe sturend men wil zijn, en op welke onderwerpen. Partijen zoals de VVD, CDA, en NSC zijn sneller bereid vanuit strategisch belang beschermende maatregelen te nemen zoals screening, exportcontroles, en beschermen van vitale infrastructuur. Tegelijkertijd zijn het deze partijen die vrijhandel ook als een instrument blijven zien om de weerbaarheid te vergroten.
GroenLinks-PvdA erkent het belang van bescherming maar legt de nadruk op investeringen om de economie de juiste richting te geven, onder meer via een nationale investeringsbank en steun voor sleutelregio’s zoals Eindhoven. Vrijhandel wordt tot bepaalde hoogte als risico gezien om sociale en groene ambities nationaal en internationaal waar te maken, bijvoorbeeld in de vorm van vrijhandelsakkoorden, een lijn die wordt gesteund door SP en PvdD.
Vrijwel alle partijen benadrukken het belang van Europese samenwerking om ook de Nederlandse weerbaarheid te vergroten. De VVD wil de Europese productiecapaciteit vergroten terwijl D66 door middel van Europese instrumenten het monopolie van Big Tech wil doorbreken. “Made in Europe” is voor GroenLinks-PvdA weer een sleutelbegrip. Partijen zoals JA21 en PVV zijn uitzonderingen hier en kiezen voor binnenlandse productie, zelfvoorzienend zijn en nationale defensieve belangen.
Stip op de horizon
In de verkiezingsprogramma’s wordt aandacht besteed aan economische weerbaarheid, maar vaak als afzonderlijk thema. Het wordt niet altijd gepresenteerd als een overkoepelend uitgangspunt. Economische weerbaarheid raakt echter de vraag hoe de economie van morgen eruit moet zien en hoe die kan worden beschermd. In veel programma’s ligt de nadruk op keuzes tussen beschermen of stimuleren, terwijl een langere termijnvisie minder zichtbaar is.
Hoe moet de Nederlandse economie er over twintig jaar uitzien en welke keuzes maken we daarvoor? Deze vragen blijven voor nu onbeantwoord. Met de beperkte ruimte in ons land kunnen we niet alles tegelijk en zonder duidelijke prioriteiten zullen sommige sectoren, bedrijven en Nederlanders achteropraken.
Realisatiekracht
Dit betekent ook dat er nog onvoldoende wordt nagedacht hoe de overheid zich moet verhouden tot deze nieuwe realiteit. Zoals gezegd kiezen sommige partijen ervoor te investeren in sleutelregio´s zoals Eindhoven. Maar wat betekent dat en hoe deel je het succes van Eindhoven weer met andere regio´s? Ligt er dan niet te veel druk op een enkele regio?
Vaak is het probleem niet geld. Het gaat om realisatiekracht. Denk aan het gebrek aan woningen, publieke voorzieningen, en gekwalificeerd personeel. Deze problemen vragen om een overheid die sneller en effectiever ambities kan realiseren. Oftewel, als we de realisatiekracht van Nederland willen vergroten zal ook de overheid anders moeten werken. Die keuzes lijken nu nog niet gemaakt te worden.
Internationale visie
Ten slotte vraagt dit thema ook internationaal om strategische visie. Economische veiligheid kan alleen worden gegarandeerd als zij goed aansluit op wat in andere landen gebeurt, bijvoorbeeld de veilige aanvoerlijnen van grondstoffen. Tegelijkertijd moet duidelijk zijn hoe we ons positioneren tegenover bondgenoten en rivalen, van de Verenigde Staten tot China. In de verkiezingsprogramma´s zien we wel verwijzingen naar onze plek in de wereld, maar blijft het vaag.
Kortom, de programma´s van de meeste politieke partijen laten goed zien dat Nederland en Europa op een keerpunt staan. Economische veiligheid is steeds meer de hoeksteen van onze politieke keuzes. Partijen bewegen in toenemende mate die kant op. Toch blijven de echt grote en scherpe keuzes nog uit. Met de urgentie van het Draghi-rapport in het achterhoofd geeft dat te denken.
