
Elk jaar kijkt iedereen reikhalzend uit naar de rijksbegroting die het kabinet op Prinsjesdag presenteert. Dit jaar is dat niet anders. Toch waren de verwachtingen bij voorbaat gematigd: na de dubbele kabinetsval was al duidelijk dat de begroting voor 2026 ‘beleidsarm’ zal zijn.
Waar de verwachtingen dit jaar als vanouds wél hooggespannen zijn, is bij het Belastingplan. Dit pakket aan belastingmaatregelen raakt direct de portemonnee van burgers en bedrijven, en moet vóór het einde van het jaar door zowel de Tweede als de Eerste Kamer worden goedgekeurd. Het proces rond het Belastingplan is ieder jaar intensief, met snelle opeenvolging van schriftelijke overleggen, debatten en stemmingen, en met vaak onvoorspelbare uitkomsten.
Dit jaar komt daar een extra complicatie bij: de Tweede Kamerverkiezingen zorgen ervoor dat er dit jaar een stuk minder parlementaire weken zijn. Hoe behandelt het parlement dit jaar het Belastingplan?
De behandeling van het Belastingplan in vogelvlucht
Nadat op Prinsjesdag het Belastingplan is aangeboden, start de behandeling met een technische briefing door ambtenaren van het ministerie van Financiën. Hier kunnen Kamerleden feitelijke vragen stellen. Vervolgens volgen schriftelijke vragenrondes, waarin al snel de eerste politieke lijnen zichtbaar worden. Anders dan bij de begrotingen zijn deze vragen namelijk niet alleen feitelijk, maar ook politiek van toon.
Daarna staan doorgaans twee wetgevingsoverleggen (WGO’s) gepland, gevolgd door een plenair debat en de stemming. Gedurende dit hele traject kunnen Kamerleden, zoals gebruikelijk bij een wetgevingsproces, amendementen indienen. Na afronding in de Tweede Kamer volgt een vergelijkbare behandeling in de Eerste Kamer, ook met een technische briefing, schriftelijke rondes en een plenaire afronding.
Extra druk door verkiezingen
Normaal gesproken is er bij een wetgevingsproces ruimte voor consultatie van experts en belangenbehartigers. Die tijd is er bij het Belastingplan veel minder. Dit jaar zorgen de verkiezingen ervoor dat er nóg minder tijd is: het verkiezingsreces van 3 oktober tot 29 oktober verkleint de ruimte voor behandeling significant.
Een extra uitdaging dit jaar is dat twee verschillende Kamers zich over hetzelfde Belastingplan buigen: de ‘oude’ Kamer van voor de verkiezingen voert de technische briefing en schriftelijke behandeling uit, terwijl de ‘nieuwe’ Kamer van na de verkiezingen de mondelinge debatten voert en uiteindelijk over het pakket stemt. Daarbij vinden de WGO’s en het plenaire debat binnen slechts twee weken plaats, waar normaal meer tijd voor wordt genomen.
Alle data op een rijtje op de routekaart:

Wat betekent dit voor belangenbehartigers?
Voor belangenbehartigers is dit een spannende en uitdagende periode. De combinatie van krappe termijnen, een Kamerwissel en de vaak ingrijpende maatregelen in het Belastingplan, maakt het traject dit jaar onvoorspelbaarder dan anders. Amendementen kunnen bovendien op het laatste moment voor grote verschuivingen zorgen. Daarom is het van belang om ontwikkelingen nauwgezet te volgen en waar nodig te wijzen op maatschappelijke gevolgen van de belastingplannen.
