Intervisie: onderschat fenomeen in public affairs en communicatie

door Rob Sebes*

Public affairs en strategische communicatie zijn feitelijk ‘verzamelbegrippen’ voor tal van onderliggende vakgebieden. Bij PA zijn dat bijvoorbeeld lobby, belangenbehartiging, stakeholdermanagement en issuemanagement. Bij strategische communicatie gaat het onder meer om crisiscommunicatie, doelgroepencommunicatie, interne communicatie en perszaken.

Door razendsnelle en soms moeilijk te voorspellen ontwikkelingen in politiek, economie en maatschappij wordt van professionals in de PA en strategische communicatie steeds meer verwacht. Bestuursleden, directie en managers kloppen in groten getale met ingewikkelde vragen bij deze professionals aan.

De professionals in de PA en strategische communicatie komen daardoor om de haverklap voor vraagstukken te staan die zij – in weerwil van hun meestal universitaire of HBO-opleiding – niet één twee drie kunnen oplossen. Zeker niet in hectische perioden. Tijd om ‘met de benen op tafel’ met naaste collega’s – áls die er al zijn – of vakgenoten te overleggen, is er zelden. Laat staan dat er tijd is voor een vervolgopleiding, training of cursus.

In zulke situaties kan intervisie een belangrijke rol voor deze professionals vervullen. Intervisie is een onderschat fenomeen.

Van elkaar leren

Maar wat is intervisie eigenlijk?

De kortste definitie is: kennisdeling. Het gaat om vakkennis, die met de hulp van een gespreksleider wordt gedeeld tussen vakgenoten. Het is dus géén top-down benadering. De deelnemers leren van elkaar.

Het mooie van intervisie is dat iedere deelnemer bij toerbeurt een actuele – lees lastige –  casus kan inbrengen. De ene deelnemer wil van vakgenoten tips krijgen om de casus op te lossen. De andere deelnemer komt met een zojuist afgeronde casus en wil de geleerde lessen bespreken.

Ofwel, de behoefte van iedere deelnemer en flexibiliteit staan tijdens de sessies centraal.

Tijdwinst

Idealiter bestaat een intervisie-groep uit maximaal vier of vijf deelnemers. Zo blijft het overzichtelijk en in de tijd beperkt. Een sessie van anderhalf uur kan voldoende zijn. Vooraf krijgen de deelnemers de casus en de specifieke behoefte van degene die ‘m indient toegestuurd.

De gespreksleider zorgt dat de sessie efficiënt en effectief verloopt, zodat het beoogde resultaat voor de inbrengende deelnemer wordt behaald. De gespreksleider maakt voor alle deelnemers een samenvatting van de sessie. Als iedere deelnemer aan de beurt is geweest, stopt de intervisie – dus zijn vier of vijf sessies voldoende. Niet onbelangrijk: de intervisie-sessie kan gemakkelijk digitaal worden gedaan. Zo boeken de deelnemers een enorme tijdwinst.

Uiteindelijk zorgt intervisie er in relatief korte tijd voor dat de deskundigheid van de deelnemers wordt vergroot, werkprocessen beter verlopen en de kwaliteit van het werk verbetert. Op deze wijze draagt kennisdeling bij aan een grotere effectiviteit en het beter bereiken van doelen in de PA en strategische communicatie.

*Partner en senior adviseur EPPA