
Op donderdag 6 juni stemde Nederland als een van de eerste landen in de verkiezingen voor het Europees Parlement. Vandaag zijn de officiële resultaten bekend nadat ook de andere landen naar de stembus zijn geweest. GroenLinks-PvdA is de grootste van Nederland geworden en eindigde met 8 zetels. De PVV van Geert Wilders is de andere grote winnaar en gaat van 1 naar 6 zetels. Dat is er wel één minder dan in de exitpoll van donderdag. Opvallender is de uitgebleven ‘ruk naar rechts’ en de toename van invloed van Euro-kritische partijen die van tevoren voorspeld was.
Impact op kabinetsformatie?
De vier partijen die momenteel onderhandelen over de ministersposten in het aan te treden extraparlementaire programkabinet (PVV, VVD, NSC en BBB) hebben in vergelijking met de vorige Europese Verkiezingen aanzienlijk terrein gewonnen. Dit beeld is echter enigszins vertekend omdat NSC en BBB in 2019 nog niet bestonden en de PVV slechts een enkele zetel veroverde.
Vergelijken we de uitslag met de nationale verkiezingen van afgelopen november, dan ontstaat een ander beeld. De vier formerende partijen winnen 13 van de 31 Europese zetels (41,94%), terwijl zij 88 van de 150 nationale zetels wonnen (58,67%). Dit verschil is voornamelijk te wijten aan de resultaten van NSC: 13,33% van de zetels in de Tweede Kamer, maar nu slechts 3,23% van de Europese zetels.
Tegelijkertijd is het moeilijk om deze uitslag rechtstreeks naar een nationale context te vertalen, mede omdat de opkomst bij de Europese verkiezingen historisch gezien lager is. Winst of verlies, de resultaten worden in zowel de linker- als rechterhoek met enthousiasme ontvangen en zullen waarschijnlijk geen invloed hebben op de vorming van de nationale coalitie.
Links en rechts beide groot
Daarnaast toont deze uitslag voor zowel GroenLinks-PvdA (Groenen/S&D) als de PVV (ID) een goed resultaat, waarbij GroenLinks-PvdA acht zetels behaalt en de PVV uiteindelijk zes, eerder werden zij op zeven zetels geraamd. Voor de PVV is dit de grootste uitslag ooit in Europa, terwijl GL-PvdA juist een zetel verliest ten opzichte van 2019. Maar omdat de partij toen de verkiezingen inging met Frans Timmermans als ‘Spitzenkandidaat’, wordt de huidige uitslag toch als overwinning bestempeld.
Middenpartijen
CDA (EPP) en D66 (Renew) hebben drie zetels binnen weten te halen, terwijl de VVD (ook Renew) vier zetels heeft gescoord. De eerste exitpolls werden dan ook met groot gejuich ontvangen bij CDA en D66, die met deze uitslag hopen de weg naar boven te hebben gevonden na hun tegenvallende resultaat bij de Tweede Kamerverkiezingen in 2023. Bij de VVD bleef het donderdagavond juist stil, die partij heeft een zetel verloren ten opzichte van 2019.
Kleinere partijen
Nieuwkomer BBB (waarschijnlijk EPP) gaat twee zetels in de grote vergaderzaal bezetten. Deze uitslag werd breed glimlachend door partijleider Van der Plas bejubeld. Bij NSC (waarschijnlijk ook EPP) was de sfeer iets voorzichtiger. Hoewel ook zij als nieuwkomer in het Europees Parlement plaats gaat nemen met één zetel, is het contrast met de uitslag van november dus wel groot. Het liberale Volt (Groenen) heeft uiteindelijk verrast en pakte twee zetels, waar zij eerder werden gepeild op slechts één in de toch voor hen extra beladen verkiezingen. De SGP (ECR) en PvdD (Groenen) hebben hun achterban ook weten te mobiliseren en beide één zetel behaald. En voor FvD, SP en ChristenUnie valt het doek, zij hebben geen zetels weten te behalen. Vooral voor FvD is dat een grote klap, die partij won bij de verkiezingen in 2019 maar liefst vier zetels.