De afgelopen weken werd het politieke nieuws gedomineerd door de ‘tweestrijd’ tussen ‘links’ en ‘rechts’. Na een vernuftige mediastrategie van de VVD lijkt die partij samen met GroenLinks en de PvdA te genieten van toegenomen media-aandacht. Het mag gezegd worden dat die mediastrategie goed is voor de kijkcijfers, maar niet voor de kiezer. Immers, hoe meer verschillende stemmen er gehoord worden, hoe beter.
Het dubbelinterview in De Telegraaf van Mark Rutte en Edith Schippers doopte de Provinciale Statenverkiezingen om tot een politieke tweestrijd. In dat interview werd GroenLinks/PvdA neergezet als de primaire tegenstander van rechts Nederland. Daarnaast zag in dat interview de term ‘linkse wolk’ het licht. Die term namen GroenLinks en de PvdA maar al te graag over, net als de oproep tot een tweestrijd. Ook diverse media, waaronder het publieke televisienetwerk BNNVARA, gingen hierin mee. Hiermee is de mediastrategie van de VVD in ieder geval deels geslaagd.
Helaas is die mediastrategie allesbehalve positief voor de kiezer. Zo verschuift de media-aandacht van de Provinciale Statenverkiezingen naar de VVD en de ‘linkse wolk’. Het aankomende televisiedebat ‘Linksom of Rechtsom’ is hiervan het meest zichtbare voorbeeld. Kiezers van andere partijen voelen zich hierdoor ongehoord en hebben hun onvrede al laten blijken, onder meer in talloze tweets. De tweestrijd maakt van de kiezer een verliezer.
Politieke partijen lijken dan ook onwaarschijnlijk eensgezind in hun pleidooi voor meer vertegenwoordiging in de media. Dat democratische pleidooi komt de informatievoorziening van de kiezer alleen maar ten goede. Wellicht een mooie voorbode voor de toekomst. Het zou tenslotte ook goed zijn voor de kiezer als politieke partijen ook op andere onderwerpen zo snel een consensus zouden kunnen bereiken. Misschien na de volgende verkiezingen.